verbs

 0    20 tarjetas    divanr
descargar mp3 imprimir jugar test de práctica
 
término definición
to cut
empezar lección
snijd, snijden, sneed, sneden heb gesneden
to speak
empezar lección
spreek, spreken, sprak, spraken, heb gesproken
to stand
empezar lección
sta, staan, stond, stonden, heb gestaan
to compare
empezar lección
vergelijk, vergelijken -vergeleek - vergeleken - heb vergeleken
to sell
empezar lección
verkoop, verkopen, verkocht, verkochten, heb verkocht
to understand
empezar lección
versta, verstaan, verstond, verstonden, heb verstaan
to replace
empezar lección
vervang, vervangen, verving, vervingen, heb vervangen
to send
empezar lección
verzend, verzenden, verzond, verzonde, heb verzonden
to find
empezar lección
vind, vinden, vond, vonden, heb gevonden
to prevent
empezar lección
voorkom, voorkomen, voorkwam, voorkwamen, ben voorkomen
to ask
empezar lección
vraag, vragen, vroeg, vroegen, heb gevraagd
to know
empezar lección
weet, weten, wist, wisten, heb geweten
want
empezar lección
wil, willen, wilde, wilden, heb gewild
to win
empezar lección
win, winnen, won, wonnen, heb gewonnen
to say
empezar lección
zeg, zeggen, zei, zeiden, heb gezegd
to see
empezar lección
zie, zien, zag, zagen, heb gezien
to sing
empezar lección
zing, zingen, zong, zongen, heb gezongen
to sit
empezar lección
zit, zitten, zat, zaten, heb gezeten
to search
empezar lección
zoek, zoeken, zocht, zochten, heb gezocht
to shall
empezar lección
zullen, zal, zullen, zou, zouden
Zullen we gaan?

Debes iniciar sesión para poder comentar.