STE A1.5

 0    24 tarjetas    mateuszszumilas91
descargar mp3 imprimir jugar test de práctica
 
término definición
vallen
empezar lección
spadać, upadać
schrikken
empezar lección
przestraszyć
vertrekken
empezar lección
odjeżdżać
de regenbui / verdwijnen
empezar lección
deszczyk / znikać
wij hebben gegeven
empezar lección
my daliśmy
hij is gevallen
empezar lección
on spadł
hij is geschrokken
empezar lección
on się przestraszył
wij hebben gekeken / het journaal
empezar lección
my oglądaliśmy / wiadomości
je hebt gevonden
empezar lección
ty znalazłeś
het heeft geschenken
empezar lección
to świeciło
hij is vertrokken
empezar lección
on odjechał, odszedł
het heeft geslapen
empezar lección
to spało
hij is gelopen / de bakker 2
empezar lección
on poszedł / piekarz, piekarnia
jullie hebben gedronken
empezar lección
wy piliście
jij hebt gedaan
empezar lección
ty zrobiłeś
hij heeft gebracht
empezar lección
on przyniósł
zij heeft gedacht
empezar lección
ona pomyślała
jullie zijn geweest
empezar lección
wy byliście
jullie zijn gebleven
empezar lección
wy zostaliście, pozostaliście
hij is verdwenen / de regenbui
empezar lección
on zniknął / deszczyk
zij hebben begrepen
empezar lección
oni rozumieli
hij heeft geholpen
empezar lección
on pomógł
ik heb gelezen
empezar lección
ja czytałem
de sollicitatiebrief / hij heeft geschreven
empezar lección
list motywacyjny / on pisał

Debes iniciar sesión para poder comentar.