→ My Lesson → Empezar lección / Descargar tarjetas en MP3

término		definición
saai Deze film is echt saai. empezar lección		boring This movie is really boring.
eenrichtingsstraat We mogen niet terugrijden in een eenrichtingsstraat. empezar lección		one-way street We can’t drive back in a one-way street.
wij zijn gebleven Wij zijn gebleven tot het einde van het concert. empezar lección		we stayed We stayed until the end of the concert.
wij verbleven in een hotel Tijdens onze vakantie verbleven wij in een hotel. empezar lección		we stayed in a hotel During our vacation we stayed in a hotel.
het schip Het schip vertrekt om 8 uur. empezar lección		the ship The ship leaves at 8 o’clock.
de schepen Alle schepen liggen in de haven. empezar lección		the ships All the ships are in the harbor.
tonen Ik wil je mijn nieuwe schoenen tonen. empezar lección		to show I want to show you my new shoes.
laten zien Kun je mij de weg laten zien? empezar lección		to show (same meaning as "tonen") Can you show me the way?
elke tram geannuleerd Door de staking is elke tram geannuleerd. empezar lección		every tram cancelled Due to the strike every tram is cancelled.
de passagier De passagier wacht op zijn vlucht. empezar lección		the passenger The passenger is waiting for his flight.
toen we in Brussel waren When we were in Brussels Toen we in Brussel waren empezar lección		when we were in Brussels we went to a museum. gingen we naar een museum.
aankomen We gaan om 10 uur aankomen. empezar lección		to arrive We will arrive at 10 o’clock.
de aankomst De aankomst van de trein is om 8 uur. empezar lección		the arrival The train’s arrival is at 8 o’clock.
terugstorten De winkel zal het geld terugstorten. empezar lección		to refund The shop will refund the money.
geld storten op de rekening Ik moet geld storten op de rekening. empezar lección		to deposit money into the account I need to deposit money into the account.
de storting De storting was gisteren gedaan. empezar lección		the deposit The deposit was made yesterday.
de stort Wij brengen oud afval naar de stort. empezar lección		the dump We take old waste to the dump.
de vuilnisbelt Al het afval ligt op de vuilnisbelt. empezar lección		the landfill All the waste is on the landfill.
teruggeven Kan je mij mijn boek teruggeven? empezar lección		to give back Can you give me my book back?
neerzetten Wil je de doos op de tafel neerzetten? empezar lección		to put down Can you put the box down on the table?
schuim Er ligt schuim op de zee. empezar lección		foam There is foam on the sea.
de wasbak De wasbak is vol met schuim. empezar lección		the sink The sink is full of foam.
wazig Mijn zicht is wazig zonder bril. empezar lección		blurry My vision is blurry without glasses.
Wat komt er in jou op? Wat komt er in jou op als je aan vakantie denkt? empezar lección		What comes to your mind? What comes to your mind when you think about vacation?
Ik kan er niet op komen Ik kan niet op de naam komen empezar lección		I can’t think of it I can’t think of the name.
verplicht handen te wassen In dit gebouw is het verplicht handen te wassen. empezar lección		required to wash hands In this building it's required to wash hands.
een afkorting "NL" is een afkorting voor Nederland. empezar lección		an abbreviation "NL" is an abbreviation for the Netherlands.
t.e.m De les is van maandag t.e. m vrijdag. empezar lección		until and including The class is from Monday until and including Friday.
in vergelijking met it’s warmer. In vergelijking met vorig jaar is het warmer. empezar lección		compared to Compared to last year
wij zijn verblijvers in het hotel Wij zijn verblijvers in het hotel in Antwerpen. empezar lección		we are staying in the hotel We are staying in the hotel in Antwerp.
toen wij naar Brussel aankwamen When we arrived in Brussels Toen wij naar Brussel aankwamen empezar lección		when we arrived in Brussels it was raining. regende het.
Ik ga hem een bericht sture empezar lección		I'll send him a message

My lesson

Debes iniciar sesión para poder comentar.

Más