Irregular verbs lesson 1

 0    24 tarjetas    guest3759052
descargar mp3 imprimir jugar test de práctica
 
término definición
offer - offered - offered - h offered
empezar lección
aanbieden - bood aan - boden aan - h aangeboden
put on - put on - put on - h put on
empezar lección
aandoen - deed aan - deden aan - h aangedaan
indicate / declare
empezar lección
aangeven - gaf aan - gaven aan- h aangegeven
to have on - had on - had been wearing
empezar lección
aanhebben - had aan - aangehad
arrive - came - arrived - arrived
empezar lección
aankomen - kwam aan - kwamen aan - z aangekomen
to hire
empezar lección
aannemen - name aan - h aangenomen
to address - addressed - addressed - addressed - h addressed
empezar lección
aanspreken - sprak aan - spraken aan - h aangesproken
to attract (attracted, attracted)
empezar lección
aantrekken (trok aan, aangetrokken)
leave behind - left behind - left behind - h left behind
empezar lección
achterlaten - liet achter - lieten achter - h achtergelaten
to decline - went behind - has declined
empezar lección
achteruitgaan - ging achter - is achteruitgegaan
depend - depended - depended
empezar lección
afhangen - hing af- afgehangen
expire - expired - expired
empezar lección
aflopen - liep af - z afgelopen
close - closed off - closed off - H closed off
empezar lección
afsluiten - sloot af - sloten af - H afgesloten
to agree - agreed - H agreed
empezar lección
afspreken - sprak af - H afgesproken
wonder - asked - wondered - h wondered
empezar lección
afvragen - vroeg af - vroegen af - h afgevraagd
wash dishes - washed up - washed up
empezar lección
afwassen - waste af - h afgewassen
bake - baked - baked
empezar lección
bakken - bakte - h gebakken
think up - thought up - h thought up
empezar lección
bedenken - bedacht - h bedacht
begin - began - Z began
empezar lección
beginnen - begon - Z begonnen
buried - buried - h buried
empezar lección
begraven - begroef - h begraven
view - viewed - h viewed
empezar lección
bekijken - bekeek - h bekeken
decide - decided - h decided
empezar lección
besluiten - besloot - h besloten
discuss - discussed - h discussed
empezar lección
bespreken - besprak - h besproken
exist -
empezar lección
bestaan - bestond - h bestaan

Debes iniciar sesión para poder comentar.