holenderski z Annie

 0    84 tarjetas    guest3649052
descargar mp3 imprimir jugar test de práctica
 
término definición
accepteren, accepteer
Accepteer - hier eindigt de stam met r, die niet in 't kofschip is, dus in voltooid deelwoord krijg de letter 'd'
empezar lección
zaakceptować, zaakceptować
zich badden- baadde/baadden-gebaad
empezar lección
kąpany/kąpany-kąpany
Ik baadde mee Jij baade je Hij /zij/u baade zich Wij baadden ons Jullie baadden je Zij baadden zich
't kofscihip
kunnen- kon/ konden- gekund
empezar lección
może- mógł/mógł- był w stanie
Verleden tijd van het werkwoord ik kon Jij kon Hij/ zij/ u kon Wij/jullie/ zij konden
Ik kan Jij kan / kunt Zij/ hij kan U kunt Wij kunnen Jullie kunnem Zij kunnen
veroorzaken- veroorzaakte/ veroorzaakten- veroorzaakt
empezar lección
przyczyna- spowodowana/spowodowana-spowodowana
vallen- viel/ vielen -is gevallen
empezar lección
upaść- upadł/upadł -upadł
oordopjes
empezar lección
Słuchawki
blokstenen
empezar lección
klocki
verzinnen, bedenken
Ik probeerde om elke dag iets te bedenken/ verzinnen/ doen
empezar lección
wymyślać, wymyślać
verbouwen
empezar lección
przebudować
bouwen/bouw/bouwde/heeft gebouwd
empezar lección
build / build / built / built
Bijna elke dag hebben wij iets met lego gebouwd
Moeten- moest/ moesten- gemoeten
empezar lección
Musiałem- musiałem/musiałem- musiałem
We moesten thuis blijven
I m m u u n s y s t e em
Hij heeft een zwak immuunsysteem.
empezar lección
Układ odpornościowy
Eensgelijks
empezar lección
Również, nawzajem
Heel heel sterkte toegewenst.
empezar lección
Życzę Ci wszystkiego najlepszego.
duur
dure auto
empezar lección
drogi
groot
Grote invloed op de relatie
grote kamer
empezar lección
duży
De kabouters hebben de vlindertjes gestolen
empezar lección
Krasnale ukradły motyle
ze juz sie nie jest zakochanym
Vlindertjes in je buik hebben
empezar lección
Mieć motyle w brzuchu
jagger
empezar lección
hunter, myśliwy
gebeuren/gebeurt/gebeurde/is gebeurd
Er kunnen veel dingen gebeuren
empezar lección
zdarzają się / zdarzają się / zdarzały się
Steunen
empezar lección
Wspiera
samen de tijd doorbrengen
empezar lección
spędzać razem czas
bruidspaar
empezar lección
para ślubna
hasten
Ik will me niet hasten
empezar lección
pośpiech
Ik moet dit op mijn gemak doen/ doornemen
empezar lección
Muszę poświęcić na to trochę czasu/przejść przez to
Overdrijven
empezar lección
Wyolbrzymiać
Uitzien/ zag uit, zaggen uit/ uitgezien
Ik wist, dat het er vreemd uitzag
empezar lección
Wyjrzeć/wyjrzeć, zobaczyć/wyjrzeć
wyglądac
Zij heeft stijl haar (proste włosy)
empezar lección
Ona ma proste włosy (proste włosy)
huur
De huur van de wonning czynsz
Ik moet elke maand mijn huur betalen
empezar lección
wynajem
De geur van het hout is goed.
empezar lección
Zapach drewna jest przyjemny.
Mensen groeien uit elkaar
apart van elkaar
Mensen gaan een eigen leven leiden
empezar lección
Ludzie się od siebie oddalają
Zij voelt zich soms alleen / eenzaam, omdat zij geen kennisen of familie leden daar heeft
empezar lección
Czasami czuje się samotna/osamotniona, ponieważ nie ma tam znajomych ani członków rodziny
De Noorse taal
empezar lección
Język norweski
De dagelijkse dingen.
empezar lección
Rzeczy codzienne.
Kennis
empezar lección
Wiedza, umiejętności, znajomi
Toeristen gids
empezar lección
Przewodnik turystyczny
lijden
empezar lección
cierpieć
leiden, besturen
Ik dacht altijd, dat mijn werk zin moet hebben
doel moet hebben, ergens naartoe moet leiden
empezar lección
prowadzić, prowadzić
Aanraden
Ik raad mijn buurvrouw aan om naar drze internista te gaan.
empezar lección
Polecić
Mond op mond reklame
Mond op mond ademhaling
empezar lección
Reklama szeptana
grondig opruimen
Ik kan niet zo grondig schoonmaken.
empezar lección
dokładnie posprzątaj
Iemand verwijst jou door
empezar lección
Ktoś Cię poleca
merken
Wat ik merk (zuważać)
empezar lección
zaznaczać
Koken neemt veel tijd in beslag
empezar lección
Gotowanie zajmuje dużo czasu
Gemakkleijk- gemakkleijker- het gemakkelijst
empezar lección
Łatwo-łatwiej-łatwiejsza lista
Bakje een beetje in olie
empezar lección
Smażyć na odrobinie oleju
Lezen - las /lazen - gelezen
empezar lección
Czytać - czytać /czytać - czytać
Nóg een rustige dag toegewenst.
empezar lección
Życzę kolejnego spokojnego dnia.
Thuis houden - trzemać w domu.
Het is inderdaad beter om hem een paar dagen thuis te houden.
empezar lección
Trzymać w domu - trzyć w domu.
Correctie: "Vrijdag waren wij door de opvang gebeld om hem iets eerder / even beetje eerder op the halen".
empezar lección
Poprawka: „W piątek zostaliśmy wezwani przez żłobek, żeby odebrać go trochę wcześniej/trochę wcześniej”.
ik hoop dat het niet serieus is.
empezar lección
Mam nadzieję, że to nic poważnego.
tekenfilm, animatiefilm
Dank je wel. Helaas is het met al die ziektes niet leuk. We waren een week gezond en nu weer ziek. Het is moeilijk om iets gedaan te krijgen zonder tekenfilms aan te zetten.
empezar lección
rysunek, film animowany
voorgaand
Prima, doen we... ik zit in de bus ok heb den voorgaande bus niet gehaald.
empezar lección
poprzedni
verzetten
Hoi, is het oké als we het verzetten? Mijn zoontje is ziek en is thuis gebleven. Hij kijkt nu al naar zijn tweede tekenfilm. Misschien kunnen we een afspraak maken op donderdag? Ik hoop dat hij dan alweer beter is.
empezar lección
opierać się, przelożyć
meerderheid
empezar lección
większość
bloeden
empezar lección
krwawić
mijn excuses voor
empezar lección
Przepraszam za
beetje
Correctie: Het heeft even beetje gesneeuwd
empezar lección
trochę
behulpzaam / hulpvaardig
Soms is het behulpzaam
empezar lección
pomocny/pomocny
wazig zicht
Het beeld was wazig obraz byl rozmazany
empezar lección
rozmazany widok
gewoontes
Deze mensen zijn van de oude stempel -Deze mensen zijn nog van der oude gewoontes / generaties
empezar lección
zwyczaje
Het gevoel - dit gevoel/ dat gevoel
Ik heb 5 jaren niet gewerkt, dus ik had dat gevoel, dat ik achter ben geraakt
empezar lección
Uczucie - to uczucie/tamto uczucie
presenteren
Ik kon mezelf niet goed presenteren.
empezar lección
prezentować
afstandelijk
Ik was een beetje afstandelijk
empezar lección
z dala, zdystansowany
Zoeken - zocht/zochten -gezocht
empezar lección
Szukaj - wyszukiwane/wyszukiwane -wyszukiwane
E s t h e t i s c h
Dat alles esthetisch eruit ziet
empezar lección
Estetyczny
amper
empezar lección
ledwo, pawie wcale
redelijk
rzako,
empezar lección
rozsądny
mest
Wij gebruiken deze bladeren niet als mest, omdat wij niet weten hoe jij dat doet
empezar lección
nawóz, kompost
Hij neemt die ergens naar toe.
empezar lección
Zabiera je gdzieś.
Hij neemt die ergens naar toe.
empezar lección
Zabiera je gdzieś.
verzorgen
Voor mij is het moeilijk om thuis planten te verzorgen.
empezar lección
opiekować się
Gaan - ging/gingen - gegaan
empezar lección
Iść - poszedł/poszedł - odszedł
Takjes knippen
empezar lección
Cięcie gałązek, podcinanie
beleefd
empezar lección
uprzejmy
lui
empezar lección
leniwy
gierig
empezar lección
skąpy
Kruiwagen
empezar lección
Taczka
onbeleefd
empezar lección
niegrzeczny
stil
empezar lección
cichy, cicho
Gedesorienteerd
empezar lección
Zdezorientowany
Gelegenheid - okazja
empezar lección
Okazja - okazja
Lenen - leende /leenden - geleend
empezar lección
Pożyczyć - pożyczony / pożyczony - pożyczony
overmaken, overboeking
Ik heb net de overboeking gedaan. Kun je bevestigen dat je het geld hebt gekregen?
Ik heb je het geld overgemaakt. Kun je controleren of het is aangekomen?
empezar lección
przelew, przelew bankowy

Debes iniciar sesión para poder comentar.