czasowniki

 0    211 tarjetas    mateuszsobolewski36
descargar mp3 imprimir jugar test de práctica
 
término definición
een dutje doen
empezar lección
zdrzemnąć się
langskomen
Kom je vanavond even langs
empezar lección
wpadac z wizyta
wpadniesz dzis wieczorem?
verstrekken, verlenen, toekennen (regelmatig)
de docter verleende eerste hulp voor pantient
empezar lección
zapewniac, udzielac, przyznawac (regularna)
lekarz udzielil pomocy pacjentowi
uitmonden in
De ruzie mondde uit in een vechtpartij
empezar lección
doprowadzic do, konczyc sie czym
klotnia doprowadzla do bojki
waarmaken
Als je iets belooft, maak het waar
empezar lección
spelnic(przyrzeczenie), dotrzymac(slowa
jesli cos oniecujesz, dotrzymaj slowa
meevallen, viel/ vielen mee, meegevallen
empezar lección
lepiej niż oczekiwano, lepiej niż oczekiwano, lepiej niż oczekiwano
valt het mee, nu je er woont? ja eingelijk wel
empezar lección
czy jest wporzadku odkad tam mieszkasz?, że tam mieszkasz? tak, właściwie tak jest
verstandig
empezar lección
rozsądny
hoe was de tandarst? Het viel mee
empezar lección
Jak było u dentysty? Nie bylo tak zle
opschieten met iemand
ik schiet goed op met mij klanten.
empezar lección
dogadywac sie z kims
dogaduje sie dobrze z klientami
We schoten niet zo goed op met elkaar vroeger.
empezar lección
wczesniej nie dogadywaliamy sie dobrze
overstijgen
het resultaat oversteeg mijn verwachtingen
empezar lección
przekroczyć
wynik przerosl moje oczekiwania
instorten
toen hij de diagnose hoorde, stortte hij in
empezar lección
zawalić się/ zalamac sie
kiedy uslyszal diagnoze, zalam sie
dit gebouw stortte in na de storm
empezar lección
ten budynek zawalił się po burzy
betrouwbaar
empezar lección
niezawodny
zich haaste
Ik moet me haasten, ik ben te laat.
empezar lección
spieszyc sie
Muszę się spieszyć, jestem spóźniony.
tegenvallen
het weer valt tegen vadnaag
empezar lección
zawieść kogoś, rozczarować, wypasc gorzej niz oczekiwano
Pogida dzis rozczarowuje
boffen
je boft, je moet morgen niet naar werk te gaan
empezar lección
miec szczescie
Masz szczescie nie musisz isc jutro do pracy
eigenwijs
empezar lección
uparty
afspreken met
Als we afspreken, praten we dan
empezar lección
spotkać się z
Jak sie spotkamy to pogadamy
injecteren
empezar lección
wstrzykiwać
diagnosticeren
empezar lección
zdiagnozowac
wegvallen
Een deel van onze inkomsten is weggevallen
empezar lección
odpadać
czesc z naszych dochodow zniknela
aanhalen
In zijn toespraak haalde hij een onderzoek van de universiteit aan.
empezar lección
cytowac, przytoczyc
W swoim przemówieniu przytoczył badanie uniwersytetu
Onterecht geviseerd
Hij voelt zich onterecht geviseerd door de media
empezar lección
Nieslusznie oskarzony
czuje sie nieslusznie oskarzony przez media
goede band hebben
ik heb geen goede band met het team
empezar lección
mieć dobra relacne
Nie mam dobrej relacji z druzyna
allerei
Ze verkoopt allerlei soorten kleding
empezar lección
wszystkie rodzaje
on sprzedaje rozne rodzaje ciuchow
betrokken
De personen betrokken bij deze zaak worden geïnformeerd
empezar lección
zaagnażowany, dotyczacy kogos
osoby zaangazowane w ta sprawe zostana poinformowane
rechtstreeks
Hij komt rechtstreeks van zijn werk
empezar lección
bezpośrednio
On przychodzi prosto z pracy
zich begeven
Hij begaf zich naar de uitgang
empezar lección
udac sie, przemieszczac sie
on udal sie do wejscia
alles in het werk te stellen
We zullen alles in het werk stellen om het probleem op te lossen.
empezar lección
dołożyć wszelkich starań
Dolozymy wszelkich stara aby rozwiazac problem
beschikken over
Hij beschikt over veel ervaring
empezar lección
dyslonowac, miec do dyspozycji
on dysponuje duzym doswiadczeni
vermoeden
Ik vermoed dat hij te laat komt.
empezar lección
podejrzewac, domyslac sie
Podejrzewam ze przyjdzie za pozno
aannemen, neem aan, namen aan, nam aan, hebben aangenomen
Ik neem aan dat je gelijk hebt
empezar lección
zakladac, przyjmowac
zakladam ze masz racje
overleggen
Laten we even overleggen voor we beslissen.
empezar lección
Omawiać, naradzac sie
Naradzmy sie zanim podejmiemy decyzje
aankunnen - kon aan - konden aan - h aangekund
Ik kan deze taak wel aan
empezar lección
radzic sobie
poradze sobie z tym zadaniem
optreden, opgetreden
De politie trad snel op.
empezar lección
wykonać, interweniowac
policja zainterweniowala szybko
welzijn
empezar lección
dobre samopoczucie
letterlijk
empezar lección
dosłownie
handig
empezar lección
przydatny
bepalen
We moeten de prijs bepalen
empezar lección
ustalić
musimy ustalic cene
volhouden/ volgehouden/ hield vol
Ik kon hun misbruik niet volhouden
empezar lección
wytrwac, wytrzymac
nie moglem zniesc ich naduzyc
zich gedragen
Je kunt je niet zo gedragen. Wees beleefd
empezar lección
zachowywać się
nie mozesz sie tak zachowywac. badz uprzejmy
bestrijden
De overheid bestrijdt criminaliteit
empezar lección
zwlaczac
rzad zwalcza kryminalnosc
kwetsbaar
Dit systeem is kwetsbaar voor aanvallen.
empezar lección
wrażliwy
ten system jest podatny na ataki
weefsel
empezar lección
tkanka
veelbelovend
empezar lección
obiecujący
de eigenschappen
Deze thee heeft gezonde eigenschappen
empezar lección
właściwości
ta herbata ma zdrowe wlasciwosci
regenachtig
In de herfst is het vaak regenachtig en koud.
empezar lección
deszczowy
w jesien jest czesto deszczowo i zimno
terechtkomen
Na de ruzie kwam hij uiteindelijk bij zijn ouders terecht
empezar lección
trafić gdzieś, wylądować gdzieś
po klotni w koncu wyladowal u rodzicow
bevroren
Ik eet graag bevroren fruit
empezar lección
mrożony
lubie jesc mrozone owoce
belanden (zijn)
We zijn in een rare situatie beland
empezar lección
wpaść gdzieś, skończyć gdzieś
wpadlismy w dziwna sytuacja
omkomen
hij is omgekomen in bij het ongeval
empezar lección
zginąć tragicznie(np. w wypadku)
Zginal w wypadku
beschadigen
De storm heeft het dak beschadigd
empezar lección
uszkodzić
Burza uszkodzila dach
Het dak is afgewaaid
empezar lección
Dach został zerwany
vaststellen
Wanneer is de vergadering? We moeten de tijd nog vaststellen
empezar lección
ustalac
kiedy kest spotkanie? musimy to jeszcze ustalic
afdingen
Ik probeer altijd af te dingen op de markt
empezar lección
targować się
zawsze probuje targowac sie na targu
toestemming
empezar lección
pozwolenie
voorwaarde
op voorwaarde dat
empezar lección
warunek
pod warunkiem ze
nep
empezar lección
podrobka
ezel
empezar lección
osioł
begeleiden
De mentor begeleidt de nieuwe studenten
empezar lección
towarzyszyć, prowadzic(np. ucznia), wspierac
opiekun wspiera nowych uczniow
blijken
Het bleek een vergissing te zijn.
empezar lección
okazać się
to okazalo sie pomylka
uitvallen
De motor viel uit tijdens het rijden.
empezar lección
przestac dzialac
silnik przestal dzialac podczas jazdy
uitvallen
Zijn tand is uitgevallen.
empezar lección
wypasc
wypadl mu zab
uitvallen
De wifi is uitgevallen.
empezar lección
przestac dzialac
wifi przestalo dzialac
overnachten
Tijdens de reis hebben we in een tent overnacht.
empezar lección
nocowac
podczas podrozny nocowalismy w namiocie
omboeken
We hebben het hotel omgeboekt naar een andere datum
empezar lección
przebookowac
przebookowalismy nasz hotel ma inna date
zich neerleggen
Je moet je neerleggen bij de beslissing van de rechter.
empezar lección
pogodzic sie z czyms
Musisz pogodzic sie z decyzja sadu
voldoen aan bepaalde voorwaarden
Deze woning voldoet niet aan de gestelde voorwaarden.
empezar lección
spełniać pewne warunki
ten dom nie spelnia postawionych warunkow
onbedoeld
Het was een onbedoelde fout
empezar lección
nieumyslny
to byl nieumyslny blad
waarvan
Het boek waarvan ik de titel niet ken
empezar lección
z czego, o czym, ktorego.
Ksiazka ktorej tytulu nie znam
waarvoor
De reden waarvoor hij kwam is onbekend.
empezar lección
do czego, na co
Powod dla ktorego on przyszedl jest nie znany
waaruit
De doos waaruit ik het pakte is kapot
empezar lección
z którego, czego
Pudelko z ktorego to wyjalem jest zepsute
gebrek aan vertrouwen
empezar lección
brak zaufania
akkoord gaan met iets
Ze ging akkoord met het huren van een appartement voor ons.
empezar lección
zgodzić się na coś
zgodzila sie wynajac dla nas apartament
opzoeken
empezar lección
spojrzeć w górę
opendraaien (sheidbare)
Kun je de kraan opendraaien?
empezar lección
odkrecac (rozdzielny)
czy mozesz odkrecic kran
zich verslapen
Hij versliep zich en miste de trein
empezar lección
zaspac
on zaspal i przegapil pociag
doornemen
Ik moet mijn aantekeningen nog doornemen voor het examen.
empezar lección
przejrzeć, przeczytać uważnie, omówić (np. materiał, dokumenty, lekcję)
musze jeszcze przejrzec moje notatki przed egzamin
blijkbaar
Hij is blijkbaar vergeten dat we een afspraak hadden.
empezar lección
najwyraźniej, widocznie, jak widać
On najwyraznien zapomnial ze mielismy spotkanie
afgaan
Het brandalarm ging ineens af.
empezar lección
wlaczyc sie (np. budzik, alarm)
nagle wlaczyl sie alarm
op tijd zijn (bijvoorbeeld voor een vergadering, bus)
Als je je haast, haal je de bus nog.
empezar lección
zdazyc (np na spotkanie, autobus)
jesli sie pospieszysz, zdazysz na autobus
inschatten
Het is moeilijk om het risico in te schatten.
empezar lección
szacować
Jest mozliwe aby oszacowac ryzyko
het tumult
Het publiek veroorzaakte veel tumult tijdens de wedstrijd.
empezar lección
zamieszanie
Publika wywolala duzo zamieszania podczas meczu
het domein
empezar lección
Domena, posiadlosc
de begeleiding,
Ze biedt begeleiding aan mensen met een beperking.
empezar lección
wskazówki, wsparcie
ona oferuje wsparcie dla ludzi z niepelnosprawnoscia
zich misdragen
Je moet je niet misdragen tijdens het feest.
empezar lección
źle się zachowywać
nie powinienes sie zle zachowywac podczas imprezy
verrijken
Hij probeert zich te verrijken door belasting te ontduiken
empezar lección
wzbogacać
probuje sie wzbogacic przez unikanie podatkow
de genezing
De genezing van de wond duurt langer dan verwacht.
empezar lección
gojenie, proces leczenia
Gojenie sie rany trwa dluzej niz oczekiwano
een knoop doorhakken
Ik twijfelde lang over mijn job, maar gisteren heb ik de knoop doorgehakt: ik neem ontslag.
empezar lección
podjac trudna decyzje
Dlugo sie wahalem co do pracy, ale wczoraj podjalem decyzje: odchodze
ontslag nemen
empezar lección
rezygnować z pracy
ontslag krijgen
Hij heeft vorige week ontslag gekregen.
empezar lección
zostać zwolnionym
on zostal zwolniony w zeszlyl tygodniu
overdrijven/ overdreef/ overdreven
Overdrijf niet, zo erg is het niet.
empezar lección
przesadzać/
nie przesadzaj, nie jest az tak zle
stemming
empezar lección
nastrój
zelden
empezar lección
rzadko
het is waardevol om met iemand af te spreken
empezar lección
warto spotkać się z kimś
helpen bij het opbouwen van diepere relaties
empezar lección
pomóc budować głębsze relacje
Wat er om ons heen gebeurt
empezar lección
Co dzieje się wokół nas
Als ik niet naar mijn werk hoefde te pendelen, zou ik mijn auto verkopen.
empezar lección
Gdybym nie musiał dojeżdżać do pracy, sprzedałbym swój samochód.
het verwijderen
empezar lección
usunięcie
de vrije meningsuiting
empezar lección
wolność słowa
bekritiseren
Het beleid van de regering wordt vaak bekritiseerd.
empezar lección
krytykować
polityka rzadu jest czesto krytykowana
verslag doen van
Kun je verslag doen van de vergadering?
empezar lección
informować o, relacjonować
czy mozesz zdac relacja co bylo na spotkaniu?
de vervuiling
empezar lección
zanieczyszczenie
afvalscheiding
empezar lección
segregacja odpadów
de CO2-uitstoot
empezar lección
emisje CO2
vervuilen
De fabriek vervuilt het water in de rivier.
empezar lección
zanieczyszczać
fabryka zanieczyszcza wode w rzecze
doneren
Zij doneren geld aan een goed doel.
empezar lección
podarować
Oni przekazuja pieniadze na cele charytatywne
de vrijheid
empezar lección
wolność
het misverstand
empezar lección
Nieporozumienie
de woede
empezar lección
Gniew
misgaan
Alles ging mis tijdens het project.
empezar lección
poszło źle
wszystko poszlo zle podczas projectu
uitzenden
Die zender zendt elke avond een nieuwsprogramma uit.
empezar lección
nadawać
ta stacja nadaje co wieczor program informacyjny
aanzienlijk
Er is een aanzienlijke verbetering in zijn gezondheid.
empezar lección
znaczący
jest znaczaca poprawa w jego stanie zdrowia
opvallen
Die rode jas valt echt op.
empezar lección
wyróżniać się
ten czerwony plaszcz bardzo rzuca sie w oczy
onderdrukken
Hij probeerde zijn woede te onderdrukken
empezar lección
stłumić, powstrzymać
On probowal stlumic swoja zlosc
betroffen
Dit betreft de hele samenleving
empezar lección
dotyczyc
to dotyczy calego spoleczenstwa
doormaken
We maken moelijke tijden door
empezar lección
przechodzic przez(np. trudny okres)
Przechodzimy trudny czas
vernemen/vernamen/hebben vernomen
Ik heb vernomen dat hij ontslag nam.
empezar lección
dowiadywac sie
Dowiedzialem sie ze on sie zwolnil
omgaan met
Hij kan goed omgaan met stress.
empezar lección
obchodzic sie radzic sobie
On dobrze radzis sobie ze stresem
Kun je tegen stress?
empezar lección
Czy potrafisz sobie radzić ze stresem?
Ze kan niet tegen kritiek.
empezar lección
Nie potrafi sobie poradzić z krytyką.
Hij kan niet tegen zijn verlies.
empezar lección
Nie znosi przegrywać.
stoort het je
empezar lección
przeszkadza Ci to?
Is dat onderdeel al binnengekomen?
empezar lección
Czy ta część już dotarła?
binnenkomen
Het pakketje is net binnengekomen
empezar lección
docierac
paczka wlasnie dotarla
Als het pakketje al binnen is gekomen, mag ik het uitpakken?
empezar lección
Czy mogę rozpakować przesyłkę, jeśli już dotarła?
erin sukkelen
Ik ben er zomaar ingesukkeld zonder het te beseffen.
empezar lección
wplatac sie w cos przypadkiem
wplatalem sie w to zupelnie nieswiadomie
inschakkelen,
De machine is ingeschakeld
empezar lección
włączać
maszyna jest wlaczona
inschakelen
De politie werd ingeschakeld.
empezar lección
zaangazowac kogos
Policja zostala zaangazowana
De technicus werd ingeschakeld om het probleem op te lossen.
empezar lección
technik zostal zaangazowany do rozwiazania problemu
klaarlichte dag
empezar lección
jasny dzień
vastzetten
De verdachte werd vastgezet in de cel.
empezar lección
aresztowac, przymocowac
podejrzany zostal osadzony w celi
Zet de lading goed vast in de vrachtwagen.
empezar lección
Zabezpiecz ładunek prawidłowo w ciężarówce.
de leugen
empezar lección
kłamstwo
doorprikken
Ze doorprikte zijn leugens snel.
empezar lección
przebić, demaskowac klamstwo
Ona szybko zdemaskowala jego klamstwa
wetens en willens
Hij heeft wetens en willens gelogen
empezar lección
świadomie i celowo
On sklamal swiadomie i z premedytacja
Hij heeft een rechtszaak
empezar lección
Ma sprawe w sadzie
Hij is beschuldig van fraude
empezar lección
Został oskarżony o oszustwo
Samenspannen (scheidbare)
Ze hebben tegen mij samengespannen
empezar lección
spiskowac (rozdzielny)
zmowili sie przeciwko mnie
beraamden
Het was een zorgvuldig beraamde aanval
empezar lección
planowany
to byl starannie zaplanowany atak
het hoederecht over kinderen
empezar lección
opieka nad dziećmi
inhouden
Ze probeerde haar woede in te houden.
empezar lección
postrzymac sie
ona probowala powstrzymac zlosc
inhouden
Wat houdt dit plan precies in?
empezar lección
zawierać/obejmować
co dokladnie zawiera ten plan
Dit plan houdt deze optie niet in
empezar lección
Ten plan nie obejmuje tej opcji
Je kunt gedood worden.
empezar lección
Możesz zostac zabity.
Je zou gedood kunnen worden.
empezar lección
Moglbys zostac zabity(przypuszczenie)
volstrekt
empezar lección
absolutnie
overkomen
Er is me gisteren iets bizars overkomen
empezar lección
przydarzyć się
wczoraj przydarzylo mi sie cos dziwnego
evenals
empezar lección
tak jak
tamelijk
De prijs is tamelijk hoo
empezar lección
dość
cena jest calkiem wysoka
enigszins
empezar lección
nieco
meteen
empezar lección
natychmiast
overkomen (in dit geval scheidbaar)
Hoe kwam ik over tijdens de presentatie?
empezar lección
sprawiac wrazenie/ prezentowac sie
jak wypadlem podczas prezentacji?
Hij komt vriendelijk over.
empezar lección
Wydaje się być przyjazny.
ik heb wat tijd nodig
empezar lección
potrzebuję trochę czasu
vermoeden
Je kan vermoeden hoe dat geëindigd is
empezar lección
domyslac sie, podejrzewac
mozesz sie domyslic jak to sie skonczylo
jammer
empezar lección
szkoda
De oorlog heeft veel families getroffen
empezar lección
Wojna dotknęła wiele rodzin
ontstaan
Het probleem is ontstaan tijdens de vergadering.
empezar lección
pojawic sie, zaistniec, narodzic sie(np plan)
problem narodzil sie podczas spotkania
De stad is ontstaan in de middeleeuwen
empezar lección
Miasto powstało w średniowieczu
Ik zie/beschouw dit als een kans.
empezar lección
Widzę/ postrzegam to jako szansę.
Zij beschouwen hem als een expert.
empezar lección
postrzegaja go za eksperta.
doorzettingsvermogen
Met genoeg doorzettingsvermogen kun je je doelen bereiken.
empezar lección
wytrwałość
z wystarczajaca determinacja mozesz osiagnac swoje cele
Ze bewonderen zijn doorzettingsvermogen ondanks de tegenslagen.
empezar lección
Podziwiają jego wytrwałość pomimo niepowodzeń.
Ze is natuurlijk begaafd met een sterk geheugen.
empezar lección
on ma nautalny talent, do dobrej pamieci
volhardend
Je moet volhardend zijn
empezar lección
trwały, wytrwaly, wytrzymaly
Musisz byc wytrwaly
Je moet doorzetten
empezar lección
Musisz wytrwać
ondanks
Ondanks haar vermoeidheid bleef ze werken.
empezar lección
pomimo
pomimo zmeczenia pracowala dalen
medeplichting
Hij was medeplichtig aan de overval.
empezar lección
współudział
byl wspolwinny w napadzie
zomaar
Hij kwam zomaar binnen zonder te kloppen.
empezar lección
tak sobie, tak ot tak
on wszedl tak sobie, bez pukania
nieuwsgierig
empezar lección
ciekawski
Buiten het bestek vallen
Het onderhoud van de lift valt buiten het bestek van deze renovatie.
empezar lección
Poza zakresem
Konsereacja windy nie jest objeta tym remontem
overnemen
Hij heeft het bedrijf van zijn vader overgenomen.
empezar lección
przejąć
on przejal firme po ojcu
opvallen
Ze viel op door haar vriendelijke glimlach.
empezar lección
zwracac uwage na
zwracala uwage swoim usmiechem
vergoeding
Ik krijg een vergoeding voor de gemaakte reiskosten.
empezar lección
odszkodowanie, zwrot kosztów
dostaje zwrot kosztow podrzy
De verzekeraar betaalt de schadevergoeding bij schade.
empezar lección
Ubezpieczyciel wypłaca odszkodowanie w razie szkody.
verhouding
De verhouding suiker tot water is 1 op 4.
empezar lección
stosunek
stosunek cukru do wody to 1 do 4
het draait om
empezar lección
chodzi o
Contract in strijd met wetgeving
empezar lección
Umowa sprzeczna z prawem
voorleggen
Ik leg het voorstel voor
empezar lección
przedstawic, przekazac do rozpatrzenia
przedstawiam propozycje
Het voorstel is aan de commissie voorgelegd.
empezar lección
Wniosek został przedstawiony Komisji.
het verleden
Hij praat nooit over zijn verleden
empezar lección
przeszłość
On nigdy nie gada o swojej przyszlosci
De wereld zakte weg onder mijn voeten.
empezar lección
Świat zniknął mi spod stóp.
verpesten
Je hebt de hele sfeer verpest.
empezar lección
zepsuc emocjonalnie np atmosfere
zepsules cala atmosfere
gaan onderdoor aan iets
Je kunt blijven doen alsof alles goed gaat, maar ga je er toch aan onderdoor.
empezar lección
zalamac sie z powodu czegos
mozesz dalej udawac ze wszystko jest dobrze, ale i tak cie to wykoczy
dankzji hem
empezar lección
dzięki niemu
vermoeiend
Het was een vermoeiende dag op het werk.
empezar lección
wyczerpujący, meczacy
to byl wyczeprujacy dzien w pracy
sociale onthouding
empezar lección
dystans społeczny
op een verantwoorde manier
empezar lección
w sposób odpowiedzialny
Wat vroeg hij?
empezar lección
O co pytał?
Waar vroeg hij naar? → Jeśli chodzi o konkret
empezar lección
O co prosił? → Jeśli chodzi o konkret
schrappen
We moeten dit punt uit het verslag schrappen
empezar lección
usunąć, wykreslic
musimy usunac ten punkt z raportu
Ze hadden jarenlang een geheime verhouding.
empezar lección
Przez lata prowadzili sekretny romans.
zich bewust worden van iets
Ze werd zich bewust van haar fouten tijdens het examen
empezar lección
uświadomić sobie coś
Zdala sobie sprawe ze swoich bledow podczas egzaminu
ten hoogste
in kan ten hoogste 2 dagen blijven
empezar lección
najwyżej
moge zostac co najwyzej 2 dni
hoog spanning
empezar lección
Wysokie napięcie
hoogmoedig
Een hoogmoedig persoon denkt dat hij altijd gelijk heeft.
empezar lección
zarozumialy, nadety
zarozumiala osoby mysli ze zawsze ma racje
hoofd breken over iets
Je hoeft je hoofd er niet over te breken, ik help je wel.
empezar lección
łamać sobie nad czymś głowę
nie musisz sobie z tym lamac glowy, pomoge ci
excursie
We maken een gezellig uitje met vrienden.
empezar lección
wypad
robiny fajny wypad z przyjaciolmi
de rommel
Wat een rommel hier!
empezar lección
bałagan
co za balagan tutaj
de moeite waard
Dat museum is echt de moeite waard.
empezar lección
wart wysiłku/ zachodu
To muzeum jest warte odwiedzenia
het gedoe
Wat een gedoe was dat!
empezar lección
problem, zamieszanie
co za zamieszanie tam bylo
de gewoonte
Het is een slechte gewoonte.
empezar lección
zwyczaj, przyzwyczajenie
to jest zle przyzwyczajenie
bezig zijn met
Ik ben bezig met koken.
empezar lección
być zajętym
jestem zajety gotowaniem
klaarmaken
Ik maak het avondeten klaar.
empezar lección
przygotować
przygotowuje kolacje
tegenhouden
Niemand kon hem tegenhouden.
empezar lección
powstrzymac, zatrzymac(np. kogos)
nikt nie mogl go powstzrymac
Voorlopig kan het zo blijven.
empezar lección
Na razie może tak zostać.
De verdachte werd voorgeleid aan de onderzoeksrechter.
empezar lección
Podejrzanego postawiono przed sędzią śledczym.
voorgeleiden
empezar lección
przedstawić ci

Debes iniciar sesión para poder comentar.