1. vlakbij
Ze wonen vlakbij.
Toen ik hier pas was komen wonen, was er hier vlakbij een rotonde waarbij je rechts moest voorsorteren om linksaf te slaan. Die was vast door een Belgische aannemer gebouwd.
Holandés palabratout près"(vlakbij) ocurre en conjuntos:
HCE U14,15,17,18,19,20 NL-FRH1 en H2 Frans-Nederlands